Hoe werkt een digitale camera
- fotodegoede
- 4 dec
- 3 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 8 dec

Als je net begint met fotografie, voelt een digitale camera soms als een ingewikkeld apparaat met veel knopjes waar je je geen raad mee weet. Maar eigenlijk is het heel logisch als je de basis begrijpt. In deze blog leg ik het simpel uit, zodat je niet meer op de automatische stand gaat en met meer vertrouwen je camera gebruikt, of je nu vogels, landschappen of paddenstoelen wilt vastleggen.
De sensor (vroeger het filmrolletje)
De sensor in je camera is wat vroeger het filmrolletje was. Zodra je op de knop drukt, vangt de sensor het licht dat via de lens binnenkomt. Hoe groter de sensor, hoe beter de beeldkwaliteit meestal is.
De belichtingsdriehoek Er zijn drie instellingen die bepalen hoe je foto eruitziet:
- Diafragma: (F-getal) groot of klein zorgt ervoor dat er veel licht of weinig licht binnen komt doordat de lens open gedraaid is, hoe opener de lens staat dat is een kleine
F-getal( bijv F-2.8) hoe meer de achtergrond vervaagd (Bokeh) hoe groter het F-getal (bijv F11) dan is de lens dichter en komt er minder licht naar binnen maar is alles scherp ( zie het als je ogen die je knijpt om iet scherp te zien maar daardoor ook minder licht binnen komt.
-Sluitertijd: Is hoelang de sensor licht opvangt. Als je dus je diafragma open draait dus klein F-getal bijv F2.8 dan staat de sensor helemaal open en kan er veel licht naar binnen komen. Op een mooie zonnige dag zorg je dan ook dat de sluitertijd wat omhoog gaat gezien je anders een overbelichte foto gaat krijgen. Mocht je ervoor kiezen om een mooie landschapsfoto te maken waar je alles heel mooi scherp in beeld wilt hebben dan ga je je F-getal wat hoger inzetten bijv. F-8.6 om alles mooi scherp op de foto te hebben en dan heb je vanzelfsprekend een minder snelle sluitertijd nodig dit omdat de lensopening iets dichter is gedraaid en er minder licht binnen komt en daardoor de sluitertijd iets omlaag zal moeten, anders wordt het beeld onderbelicht.
ISO is de lichtgevoeligheid, hoe hoger je iso hoe lichter de foto. Let wel op de ruis wat kan ontstaan in je foto. Maar soms in moeilijke omstandigheden bijv in het schemer kan je de iso iets ophoog halen zodat je niet een al te langzame sluitertijd hoeft uit te voeren om nog een goed belichte foto te krijgen en kan je nog uit de hand fotograferen. Hier een voorbeeld, je ben op een prachtige plek waar je een mooie foto van wilt maken, het wordt schemer en de lucht kleurt prachtig. Deze foto hieronder had ik in een hoger F-getal F-11 en de sluitertijd had ik laag 1/60 seconde, de iso-waarde op 100 dit omdat ik zo min mogelijk ruis wilde. Deze foto lukte niet uit de hand omdat ik een lage sluitertijd had genomen en alles mooi scherp wilde, ik de sensor had dicht geknepen naar een diafragma van F-11 en ik een statief moest nemen zodat het stabiel stond en geen bewegingsonscherpte zou veroorzaken.

Automatisch vs.Handmatig
Veel camera's hebben een automatische stand, maar wie echt mooie en creatieve foto's wil maken, leert beter om in handmatige (M- stand) of half- automatisch stand te fotograferen( zoals A stand, dat is de diafragma en daar wordt dan de sluitertijd voor je automatisch berekend of S-stand dat is de sluitertijd en dan zal de diafragma F-getal
automatisch berekend worden).
Wil je het leren in de praktijk?
Tijdens mijn basiscursus fotografie leg ik dit soort technische dingen op een rustige manier uit met in de ochtend het theorie gedeelte en in de middag gaan we naar buiten in de natuur veel oefenen. Neem gerust een kijkje op mijn website www.guurtjedegoedefotografie.com voor meer informatie.


Opmerkingen